De Siamees is een uitzonderlijk mooie kat die toewijding vergt van haar baasje.
De Siamees in een notendop
De Siamees is de legendarische tempelkat van de Koning van Siam.
Gewichtsklasse:
Katers: gemiddeld: 3-5 kg
Poezen: klein: <3 kg
Oogkleur:
blauw
Verwachtingen:
Levensduur: 8-12 jaar
Sociale/aandachtsbehoeften: gemiddeld, hoog
Neiging tot verharen: laag
Vacht:
Lengte: kort
Eigenschappen: glad
Kleuren: chocoladebruin, donkerbruin, lila, blauw, rood, crème, reebruin, kaneel
Patroon: Points (donkere snoet, poten, staart en oren)
Minder allergeen: nee
Totale behoefte aan verzorging: laag
Officieel erkend:
Erkend kattenras:
NKFV, FNK, NRKV
Gangbaarheid: algemeen
De Siamees is een lange, elegante kat. Het lijf, de nek, de poten en de staart zijn lang.
Het ras is van gemiddelde grootte, maar wel mooi gespierd.
De Siamese kat is er een van extremen. De kop heeft de vorm van een lange driehoek. De lange oren zijn een voortzetting van deze wigvorm. De neus is lang en recht. De poten zijn lang en slank. De staart is lang en loopt uit in een puntje. De ogen zijn amandelvormig en helder blauw.
De Siamees heeft een kortharige vacht die glanst en dicht op het lijf ligt. De Siamese kat dankt haar schoonheid vooral aan haar slanke lichaam, blauwe ogen en het contrast tussen de lichte kleur op het lijf en de donkere kleur op de snoet, ledematen, staart en oren. Dit contrast heet kleurbeperking of, met een algemenere term, pointing. De vacht op de oren, staart en voeten heeft een andere kleur dan het op het lijf, en deze donkere kleur vermengt zich geleidelijk met de lichtere kleur van het lijf. De snoet heeft ook een masker van dezelfde diepere pointing-kleur. Het masker bedekt de snoet, omringt de ogen en bedekt de inplant van de snorharen. Het masker is kleiner bij een kitten en wordt geleidelijk groter naarmate ze groter groeit.
Persoonlijkheid:
De Siamees is niet alleen prachtig, maar ook heel intelligent. Ze kan getraind worden om aan een tuigje te lopen. Dit betekent echter niet dat ze kan worden afgericht om alles te doen wat jij wilt. Zoals de meeste andere intelligente rassen, heeft de Siamees een eigen willetje.
De Siamees is een aanhankelijke kat en heeft een baasje nodig dat net zo toegewijd is aan haar als zij aan hem/haar. Haar baasje moet liefdevol zijn naar de Siamees en tijd vrijmaken om met haar te spelen.
Verzorging:
Door haar lange, gespierde lijf, zie je het al snel wanneer de Siamees zwaarder wordt. Bij Siamese katten is een hangbuikje direct zichtbaar, zelfs als ze maar één dag te veel eten. De voeding moet zorgvuldig gedoseerd worden. De lange, slanke poten zijn er niet op gebouwd om veel lichaamsgewicht te dragen.
Siamese katten springen geweldig goed en zijn dol op hoge plekken, dus de aanwezigheid van zitplankjes en krabpalen is belangrijk. Siamese katten spelen graag en waarderen speeltjes in en rond het huis voor hun eigen plezier. Hoewel de vacht maar weinig verzorging nodig heeft, associeert de Siamees het borstelen met affectie en zal daarom erg genieten van een borstelbeurt.
Hoe elegant de Siamees er ook uitziet, ze kan een echte schootkat zijn. Ze is enorm aanhankelijk en zal naast haar baasje in bed willen slapen.
Geschiedenis:
De mooie Siamees is de legendarische tempelkat van de Koning van Siam. De katten waren niet alleen van grote waarde voor de koning vanwege hun buitengewone schoonheid, maar ze dienden ook om de wacht te houden. De Siamese katten zaten hoog bovenop zuilen rond de troon van de koning. Als iemand de koning bedreigde, sprongen de katten vanaf de zuilen bovenop de betreffende persoon. De omvang van de Siamees, hun kracht en hun vermogen om van grote hoogte naar beneden te springen, zorgden er samen voor dat die persoon tegen de vlakte werd geslagen. Zo nodig krabden ze de persoon die de koning van Siam kwaad wilde doen ook nog in het gezicht.
Niemand weet of deze legende waar is, maar de kat die is gezien door Peter Simon Pallas, de Duitse naturalist en ontdekker, was mogelijk een Siamees. Deze kat werd vermeld in Pallas' verslagen over expedities in de Kaspische Zee in 1700. Pallas beschreef haar als een kat met "nogal zwarte oren, klauwen en staart. Ze is van een gemiddelde grootte, heeft iets dunnere poten dan de gemiddelde kat en de kop is langer naar de neus toe."
De eerste Siamese katten in Europa waren een cadeau van de Koning van Siam aan het algemeen Engelse consulaat in Bangkok, eind 1800. De eerste Siamese katten in het kattenliefhebbende Westen heetten Pho en Mia. Zij waren een koppeltje dat in 1884 door Owen Gould naar Groot-Brittannië werd gebracht. De kittens van Pho en Mia werden tentoongesteld door de zus van Dhr. Gould, op een show in Londen die werd gehouden in het Crystal Palace in 1885. De eerste Siamese kat in de Verenigde Staten was ook een cadeau van de Koning van Siam aan een vriend. Eind 1890 en begin 1900 werden Siamese katten geïmporteerd in Noord-Amerika, vanuit Groot-Brittannië, Frankrijk, Japan en Siam. De Siamees bleef enigszins zeldzaam tot na de Tweede Wereldoorlog, toen ze al snel de meest geregistreerde raskat werd.
