De Duitse Staande Hond (Draadhaar) heeft dagelijkse intensieve beweging nodig en is niet geschikt om in een appartement of klein huis te wonen. De hond wordt beschouwd als gelijkmoedig en loyaal naar zijn gezin toe en hij kan goed met kinderen opschieten.
Tegenwoordig is de Duitse Staande Hond (Draadhaar) een van de populairste honden in Duitsland, waar hij bekend staat als de 'Drahthaar'.
Omvang:
Gewichtsklasse:
Reu: 20-34 kg
Teef: 20-34 kg
Schofthoogte:
Reu: 63 cm
Teef: 60 cm
Eigenschappen:
hangoren (van nature)
Verwachtingen:
Energieniveau: zeer energiek
Levensduur: 12-14 jaar
Neiging tot kwijlen: laag
Neiging tot snurken: laag
Neiging tot blaffen: laag
Neiging tot graven: laag Sociale/Aandachtsbehoeften: hoog
Fokdoel:
algemene jachthond, waakhond
Vacht:
Lengte: kort
Eigenschappen: harde vacht, steil, plat
Kleuren: Leverkleur en wit
Totale behoefte aan verzorging: gemiddeld
Officieel erkend:
Gangbaarheid: matig
Volwassen reuen zijn ongeveer 60 cm hoog en wegen 32 kg. Teefjes zijn gewoonlijk iets kleiner.
De Duitse Staande Hond (Draadhaar) is een beetje langer dan hij hoog is en heeft een relatief korte rug. De oren hangen naar beneden.
De Duitse Staande Hond (Draadhaar) heeft een opvallend harde, ruwharige, waterresistente bovenvacht die voortreffelijke bescherming biedt tegen de elementen en tegen doornstruiken. Ze hebben ook weerbarstige wenkbrauwen, een snor, een baard en zwemvliezen tussen de tenen.
Ze hebben een goede levensverwachting van ongeveer 12 tot 14 jaar.
Persoonlijkheid:
De Duitse Staande Hond (Draadhaar) is extreem actief. Hij wordt beschouwd als een gelijkmoedige hond die loyaal is aan zijn gezin. Hij kan heel goed met kinderen opschieten wanneer hij samen met ze is opgegroeid of met oudere kinderen die hem goed behandelen. Hij kan ook goed met andere huisdieren opschieten als hij samen met ze is opgegroeid; sommige exemplaren kunnen proberen andere dieren te domineren.
Het ras is argwanend naar vreemden en doet het goed als waakhond.
Verzorging:
Deze honden hebben erg veel dagelijkse beweging nodig; anders zullen ze rusteloos worden en moeilijk in de omgang. Om die reden zijn het geen geschikte honden voor mensen die in een flat of klein huis wonen. Ze komen het best tot hun recht op het platteland waar ze ruim voldoende omheinde hectaren hebben om rond te rennen. En ze kunnen het vooral waarderen als ze kunnen zwemmen en apporteren. De Duitse Staande Hond (Draadhaar) is van nature een jager en kan proberen rond te gaan zwerven of achter het vee in de buurt aangaan.
Hij wordt beschouwd als een hond die gemiddeld verhaart. Wekelijks de vacht een paar keer borstelen, zo nu en dan plukken en indien nodig in bad doen, is de enige verzorging die noodzakelijk is.
Geschiedenis:
De Duitse Staande Hond (Draadhaar) is aan het eind van de 19e eeuw in Duitsland gefokt als een sterke, veelzijdige jachthond die zelfs in het strengste klimaat een geurspoor op kon vangen, een prooi kon aanwijzen (door het zogenaamde 'voorstaan') en geschoten wild kon apporteren.
Ze stammen af van verschillende rassen, waaronder de Poedelpointer (een vroege kruising van staande honden en de Poedel of Barbet). Andere honden waar de Duitse Staande Hond vermoedelijk van afstamt zijn de Griffon Korthals, de Duitse Staande Hond (Stekelhaar), Poolse waterhonden en vroege Duitse kortharen. Volgens één bepaalde bron, zouden bloedhonden en foxhounds ook hebben bijgedragen aan dit ras.
Tegenwoordig is de Duitse Staande Hond (Draadhaar) een van de populairste honden in Duitsland, waar hij bekend staat als de 'Drahthaar'. Hij kwam in 1920 naar Amerika en werd in 1959 erkend door de AKC (American Kennel Club). Het ras heeft echter slechts een bescheiden populariteit gekend in Amerika.
