De zeer intelligente en trouwe riesenschnauzer heeft een uitgebreide training om in een gezin te passen. Zijn intelligentie kan een zegen of een vloek zijn.
De riesenschnauzer werd tijdens de beide wereldoorlogen gebruikt om te wakken, in loopgraven en als boodschapper.
Grootte:
Gewicht:
Reu: 32-40 kg
Teef: 30-38 kg
Schouderhoogte:
Reu: 68 cm
Teef: 63 dm
Kenmerken:
Hangoren (natuurlijk)
Verwachtingen:
Lichaamsbewegingsvereisten: 40 minuten per dag
Energieniveau: Erg actief
Levensverwachting: 10-12 jaar
Neiging tot kwijlen: Beperkt Neiging tot snurken: Laag
Neiging tot blaffen: Gemiddeld
Neiging tot graven: Laag Sociaal/ behoefte aan aandacht: Gemiddeld
Gekweekt voor:
Hoeden, beschermen
Vacht:
Lengte: Gemiddeld
Kenmerken: Harde vacht, steil
Kleuren: Zwart, zout en peper
Algemene behoefte aan verzorging: Gemiddeld
Cluberkenning:
AKC-classificering: Werk
UKC-classificering: Herdershond
Prevalentie: Gemiddeld
De riesenschnauzer straalt kracht en vastberadenheid uit. De grootte van deze hond kan nogal intimiderend zijn. Teefjes zijn tussen 58 en 63 cm groot en reuen tussen 63 en 68 cm. Het ras weegt tussen 30 en 40 kg.
De kleuren van een riesenschnauzer kunnen effen zwart of peper en zout zijn. Elke vachtkleur heeft een donker gezichtsmasker om de uitdrukking te benadrukken. De kleur van het masker past bij de kleur van de vacht van het lichaam. De wenkbrauwen, snorharen, wangen, keel, borst, poten en onderkant van de staart zijn lichter van kleur.
Persoonlijkheid:
Bedachtzaam, waakzaam, moedig, gemakkelijk te trainen, zeer trouw aan het gezin, speels, beminnelijk in rust en dominant in actie ... Dat zijn de eigenschappen van de riesenschnauzer. Zijn goede en betrouwbare karakter, robuuste bouw en dichte weerbestendige kroezelige vacht maken de riesenschnauzer tot een van de nuttigste en duurzaamste werkrassen.
De riesenschnauzer is een krachtige hond die veel beweging nodig heeft. Deze hond heeft behoefte aan wandelingen, speeltijd en vergezelt je graag tijdens het joggen. Als je een riesenschnauzer niet genoeg beweging geeft, verzint hij zijn eigen spelletjes. Door het huis rennen met speelgoed, de kinderen achtervolgen, in de weg lopen en eigenlijk gewoon vervelend doen, zijn de manieren waarop deze hond zijn verveling en onrust zal tonen.
Wanneer je een schnauzerpup in de tuin laat bewegen, kan je tuin weleens volledig opnieuw aangelegd worden, vol ontwortelde struiken en gapende gaten in je eens zo groene gazon. Riesenschnauzerpups lopen over van energie.
Het zijn ook beschermhonden en ze zijn vrij territoriaal. Ze voelen instinctief aan dat het hun taak is om hun gezin te beschermen. Sommige zullen hun argwaan tonen door te grommen en te blaffen.
Samenleven:
Vroege socialisatie en uitgebreide training zijn nodig om je riesenschnauzer op te voeden tot een hond waar je trots op zal zijn. Zijn hoge intelligentie kan een zegen of een vloek zijn. Hoewel je riesenschnauzer snel leert, zal hij zijn intelligentie ook gebruiken om slimme manieren te bedenken om je bevelen niet op te volgen. Een riesenschnauzer kan vaak selectief zijn in wie bevelen geeft en alleen diegene gehoorzamen die hij als het dominante gezinslid beschouwt.
Je moet bereid zijn om tijd te besteden aan het verwijderen van dode haren, het knippen, trimmen of bijwerken van de vacht of om de diensten van een professionele trimmer te gebruiken. Riesenschnauzers verharen. Borstelen, wassen en verzorgen zijn noodzakelijk voor de algehele gezondheid van de hond.
Geschiedenis:
De grootste en krachtigste van de Duitse schnauzers, de riesenschnauzer, werd ontwikkeld door de standaard schnauzer groter te maken. Alle schnauzers zijn ontstaan in de aangrenzende koninkrijken Beieren en Wurtemmburg. De mensen in deze landbouwgebieden gebruikten honden om hun vee naar de markt te drijven, en de riesenschnauzer, werd hier ontwikkeld als veehond.
De standaardschnauzers werden gekruist met de ruwharige herdershonden en later met de zwarte Duitse doggen. De riesenschnauzer is mogelijk ook nauw verwant aan de bouvier des Flandres. Vele jaren lang werd de riesenschnauzer de Munchener genoemd en was hij vooral bekend als vee- en drijfhond.
Toen honden niet langer werden gebruikt om vee te drijven, werd de riesenschnauzer gebruikt als beschermhond voor slagers, veeteeltbedrijven en brouwers. De riesenschnauzer was een uitstekende beschermer.
Vlak voor de Eerste Wereldoorlog begon de riesenschnauzer te trainen voor politiewerk op de scholen in Berlijn en in andere grote steden. In 1925 werd deze hond vanwege zijn capaciteiten geclassificeerd als gebruikshond. Bewaking en politiewerk zijn sindsdien de belangrijkste taken van de riesenschnauzer. De riesenschnauzer werd tijdens de beide wereldoorlogen gebruikt om te wakken, in loopgraven en als boodschapper. Het gebruik van het ras in de Tweede Wereldoorlog heeft de aantallen sterk verminderd, vooral de peper-en-zout-variant.