De bloedhond is geduldig en zachtaardig, maar kan ook vastberaden zijn en zijn eigen willetje volgen. Hij kan niet alleen een geweldige metgezel zijn maar ook een hele uitdaging vormen.

De bloedhond kan heel expressief zijn door te blaffen, piepen en janken.
Grootte:
Gewicht:
Reu: 40-50 kg
Teef: 40-50 kg
Schouderhoogte:
Reu: 66 cm
Teef: 61 cm
Kenmerken:
Lange schedel (lang gezicht), hangende ogen, flaporen (van nature), lichaamsplooien (rimpels)
Verwachtingen:
Lichaamsbeweging: 20-40 minuten per dag
Energieniveau: Gemiddeld
Levensverwachting: 7-10 jaar.
Neiging tot kwijlen: Sterke neiging tot snurken: Laag
Neiging tot blaffen: Gemiddeld
Neiging tot graven: Laag Sociaal/ behoefte aan aandacht: Hoog
Gekweekt voor:
Slepen
Vacht:
Lengte: Kort
Kenmerken: Plat
Kleuren: Zwart en gevlekt, leverkleurig en gevlekt, rood
Algemene behoefte aan verzorging: Hoog
Cluberkenning:
AKC-classificering: Jachthond
UKC-classificering: Speurhond
Prevalentie: Gewoon
De bloedhond is een grote hond met lange hangende oren en een gerimpelde huid, vooral in het gezicht.
De kaken en ingevallen ogen geven deze hond een ietwat mistroostige blik.
De vacht is kort, voelt vrij hard aan, en heeft een van de drie volgend kleurencombinaties: zwart en gevlekt, leverkleurig en gevlekt, of rood. Sommige zwarte en gevlekte bloedhonden zijn overwegend zwart met uitzondering van enkele vlekken op de poten en het gezicht.
Volwassen reuen zijn over het algemeen tussen de 63 en 68 cm groot, hoewel sommige honden tot 81 cm groot kunnen worden. Hun gewicht varieert van 40 tot 60 kilo. Teefjes zijn gemiddeld 58 tot 63 centimeter groot, maar sommige worden wel 71 centimeter groot. Ze wegen gemiddeld 36 tot 45 kilo.
Persoonlijkheid:
De bloedhond is een lief, geduldig, nobel en zachtaardig dier. Hij is bijzonder goed in de omgang met kinderen en uitermate tolerant tegenover kleuters die over hem heen klauteren. Ook met andere dieren kan hij over het algemeen goed overweg.
Maar vergis je niet, een bloedhond kan erg vastberaden en onafhankelijk zijn. Een bloedhond heeft zijn eigen willetje en heeft de neiging zijn eigen beslissingen te nemen in plaats van de bevelen van zijn baasje op te volgen. Die neiging geldt vooral als de hond een interessante geur heeft ontdekt. In dat geval is hij vastbesloten het spoor zo ver mogelijk te volgen.
De bloedhond is een van de hondensoorten die tal van geluiden kan produceren. Hij kan volledige hondenaria's opvoeren met expressief geblaf, gehuil en gepiep.
Samenleven:
Bloedhonden kunnen geweldige metgezellen zijn, maar ook een hele uitdaging vormen. Ze worden relatief langzaam volwassen. Ze zijn in hun pubertijd als ze één jaar oud zijn en zijn pas volledig volwassen als ze minstens twee jaar oud zijn. Tijdens die puberperiode is de bloedhond vaak onstuimig, onhandig, nieuwsgierig naar elke interessante geur en onverschrokken in het eten van alles wat interessant ruikt. Zijn interesse in eten gaat zelfs zover dat hij zijn tanden zet in voorwerpen zoals afstandsbedieningen van tv's, handdoeken, batterijen en autostoelen. Het resultaat is een dure operatie achteraf om die voorwerpen te verwijderen.
De lange kaken van deze hond maken van hem een enorme kwijler, en met een snelle draai van zijn kop kan hij zijn speeksel wel 6 meter verder doen belanden. De vastberadenheid en onafhankelijkheid van de bloedhond kunnen van een training een echte uitdaging maken. Geduld en consistentie zijn nodig om hem goede basismanieren bij te brengen. Laat je bloedhond niet loslopen, behalve in een veilig afgesloten gebied Een interessante geur zal meteen zijn volle aandacht opeisen, waardoor hij de bevelen van zijn baasje in de wind slaat. Niettemin is de bloedhond een energiek ras dat veel beweging nodig heeft, vooral als pup Bloedhonden worden ongeveer 10 jaar oud, wat net als bij andere grote honden niet erg oud is.
Geschiedenis:
De bloedhond heeft een lange en rijke geschiedenis. Het ras werd in de 7e eeuw geperfectioneerd door St. Hubertus van België en zijn monniken. Sindsdien wordt deze hond vaak in verband gebracht met koningen en edellieden. Willem de Veroveraar bracht verschillende bloedhonden mee toen hij in 1066 in Engeland aankwam. De moderne bloedhonden stammen af van die honden. Ondertussen bleef het klooster van St. Hubertus in België elk jaar een paar zwarte en gevlekte bloedhonden schenken aan de koning van Frankrijk. Tot op de dag van vandaag staan deze honden in Franstalige delen van Europa bekend als Sint-Hubertushonden.
Aanvankelijk werden bloedhonden gebruikt om herten en ander wild op te sporen. Tegen de 16e eeuw werden ze echter ook gebruikt om mensen op te sporen. Tegenwoordig helpen bloedhonden bij ordehandhaving en zoek- en reddingsacties. Hun vaardigheden staan zo hoog aangeschreven dat sporen van bewezen speurende bloedhonden als bewijsmateriaal worden toegelaten in de rechtszaal.