Vlinderhondjes staan bekend als vrolijke, spontane honden die net zo graag op je schoot zitten als door het huis rennen. Hoewel ze levendig en energiek zijn, worden vlinderhondjes niet gezien als gespannen of nerveuze honden en zijn ze gemakkelijk te verzorgen.
Het vlinderhondje stamt af van de continentale dwergspaniël. Verrassend genoeg heeft het dier ook geen typische hondengeur.
Grootte:
Gewicht:
Reu: 4-4,5 kg
Teef: 4-4,5 kg
Schouderhoogte:
Reu: 25 cm
Teef: 23 cm
Kenmerken:
Flaporen (van nature) rechtstaande oren (van nature)
Verwachtingen:
Lichaamsbeweging: 20 minuten per dag
Energieniveau: Erg actief
Levensverwachting: 12-15 jaar.
Neiging tot kwijlen: Beperkt Neiging tot snurken: Laag
Neiging tot blaffen: Gemiddeld
Neiging tot graven: Laag Sociaal/ behoefte aan aandacht: Hoog
Gekweekt voor:
Gezelschapshondje
Vacht:
Lengte: Gemiddeld
Kenmerken: Steil
Kleuren: Tweekleurig
Algemene behoefte aan verzorging: Gemiddeld
Cluberkenning:
AKC-classificering: Kleine hond
UKC-classificering: Gezelschapshond
Prevalentie: Gewoon
Het vlinderhondje is een kleine, sierlijke hond met oren die langs het hoofd wapperen als de vleugels van een vlinder.
De vacht is lang en zacht en de staart is een wapperende pluim. In tegenstelling tot andere langharige rassen, heeft de "papillon" geen ondervacht of tweejaarlijkse verharing. Bovendien komen er niet snel klitten in de lange haren. De vacht is meestal wit met vlekken van zwart, rood, oranje of zandkleur.
De gemiddelde schouderhoogte van zowel mannelijke als vrouwelijke vlinderhondjes varieert van 20 tot 30 centimeter. Papillons kunnen tussen 1 en 5 kilogram wegen.
Persoonlijkheid:
Vlinderhondjes staan bekend als vrolijke, spontane honden die net zo graag op je schoot zitten als door het huis rennen. Hoewel ze levendig en energiek zijn, worden vlinderhondjes niet gezien als gespannen, nerveuze of angstige honden en zullen ze niet overmatig blaffen.
Vlinderhondjes vertoeven graag in het gezelschap van andere katten en honden. Ze spelen graag met grotere dieren maar baasjes moeten erop letten dat het grotere dier de papillon niet als prooi behandelt. Papillons spelen ook graag met kinderen, maar die moeten er wel op letten dat ze niet te ruw met het dier omgaan.
Het ras is alert, intelligent en doet er alles aan om zijn baasje tevreden te stellen. Vlinderhondjes zijn dan ook erg gehoorzame honden. Ze staan ook bekend om hun opmerkelijke talenten in speuren, behendigheid en als therapiehond.
Samenleven:
De papillon is een aangename, gemakkelijk te verzorgen metgezel. Hoewel ze graag rondrennen, hebben deze honden relatief weinig beweging nodig. Vlinderhondjes zijn klein, waardoor ze minder voedsel nodig hebben dan grotere honden. Bovendien hebben ze geen typische hondengeur.
Papillons passen zich net zo goed aan in een stadsappartement als op het platteland. Reizen vinden ze niet erg en omdat hun transportkist meestal onder de stoel in het vliegtuig past, kunnen ze per vliegtuig reizen zonder dat ze in het vrachtruim vast komen te zitten.
Zoals met andere kleine honden, lijken vlinderhondjes de eeuwig jong te blijven, wat uiteraard niet zo is. De gemiddelde levensduur van de papillon is 12 tot 15 jaar.
Geschiedenis:
Het vlinderhondje stamt af van de continentale dwergspaniël. Die spaniëls komen voor op schilderijen van koninklijke Europese hoven die teruggaan tot het begin van de 16e eeuw. De bekendste van die hofschilders, Titiaan (Vecelli), schilderde een aantal kleine spaniëls vanaf ongeveer 1500.
Sinds de renaissance en erna hadden de meeste dwergspaniëls hangende oren. De rechtopstaande vlinderachtige oren die het vlinderhondje zijn kenmerkende uiterlijk en naam geven, kwamen pas aan het eind van de 19e eeuw in zwang.
Hoewel de papillon en zijn voorouders geliefd waren bij Europese koninklijke families, is zijn charme in de moderne tijd niet echt bekend. Dat kan echter veranderen. In 1999 won een papillon met de naam Ch. Loteki Supernatural Being (Kirby) de prestigieuze Westminster Kennel Club Dog Show.